Zakendoen met China: Wat wel en niet doen?

Zakendoen met China: Wat wel en niet doen?

Met meer dan 1,4 miljard inwoners speelt China een grote rol op het wereldtoneel. Het land is voor Nederland een belangrijke handelspartner in Azië en veel Nederlandse bedrijven zijn in China actief. 

In China is een belangrijk concept voor zakendoen guānxi (关系). Dit verwijst naar het belang van het hebben van netwerken en het onderhouden van goede zakelijke relaties. Dit concept is eigenlijk ontstaan doordat er in China geen wettelijke bescherming is voor zakelijke aangelegenheden. Om gezichtsverlies te voorkomen en vertrouwen te verzekeren, zullen Chinezen geen misbruik maken van personen waarmee ze zakelijke relaties hebben opgebouwd. Maar hoe kun je dan op de juiste manier zakendoen met China, een land met een compleet andere cultuur? In deze blog vind je meer informatie hierover.

Doorbreek de taalbarrière

een van de grootste obstakels als Nederlander in China is de taalbarrière. Een oplossing is het inschakelen van een goede tolk, maar je kunt natuurlijk ook altijd zelf wat Mandarijn proberen te leren. Let er dan wel op dat niet alleen de taal anders is, maar ook de toon waarop er gepraat wordt. Zo communiceren Chinezen indirecter, beleefder en formeler dan Nederlanders.

Social media? Gedraag je als een local

Naast het spreken van de taal is het ook handig om Chinese social media te gebruiken. Twee voorbeelden hiervan is WeChat (Mandarijn: Weixin), vergelijkbaar met WhatsApp, en Baidu, vergelijkbaar met Google. TikTok is overigens eigendom van een Chinees bedrijf, maar ook deze applicatie is niet beschikbaar in het land, in plaats daarvan is er Douyin. Douyin werd al eerder uitgebracht dan TikTok en deze laatstgenoemde kan eigenlijk beschouwd worden als een geïnternationaliseerde versie van Douyin. De blokkade van China op verschillende social media wordt ook wel ‘the Great Firewall’ genoemd. Om het grootste aantal klanten te bereiken, is het dus belangrijk om lokale platforms te gebruiken.

Zorg dat je de achternaam van je zakenpartner weet

Omdat je die samen met een titel gebruikt om diegene aan te spreken, zoals. “Mr. Li”. In het Chinees begint een naam eerst met de achternaam en dan met de voornaam. Soms wordt dit in het Engels al omgedraaid, maar soms niet, waardoor de achternaam onduidelijk is voor iemand die niet bekend is met de Chinese taal of achternamen. Namen kun je bijvoorbeeld vinden op visitekaartjes, in China is het heel uitwisselen hiervan heel gebruikelijk. Ook hier bestaan regels over, zo dient het kaartje met twee handen gegeven en ontvangen te worden. Bovendien zal het visitekaartje zowel in het Chinees als in het Engels zijn en wordt het met de Chinese kant naar boven gegeven.

Let op de Chinese etiquetteregels

Naast het (correct) uitwisselen van visitekaartjes is het belangrijk om de correcte naam voor het land te gebruiken in officiële documenten: Volksrepubliek China. China ziet Taiwan als een van zijn provincies, genaamd ‘Republiek China’ en deze twee namen moeten zeker niet met elkaar verward worden. Zoals eerder gezegd communiceren Chinezen formeler dan Nederlanders, maar hun zakelijke onderhandelingen zijn dan weer wel informeler. Zo kun je worden uitgenodigd voor een diner of een karaokeavond. Zorg dan dat je zakelijke of controversiële onderwerpen vermijdt.

Een contract betekent niet gelijk vertrouwen

In China is een vertrouwensrelatie zeer belangrijk, vertrouwen is niet vanzelfsprekend, het staat er zelfs boven een getekend contract. Een contract zal juist eerder wantrouwen opwekken dan geen contract bij een Chinees, de vertrouwensbasis zou dan namelijk ontbreken. Ook bij het oplossen van eventuele problemen verschillen Nederlanders van Chinezen. Nederlands zijn direct en gaan liever direct een confrontatie aan, terwijl Chinezen afwachtender, minder expliciet en eerder probleemontwijkend handelen. Dit is overigens ook een moeilijkheid bij het vertalen uit het Chinees vanwege het risico op een te directe vertaling.

De uitnodigende partij betaalt

De rekening splitten wanneer je iemand uitnodigt voor een zakelijk etentje. Het is belangrijk om eerst voor een goede relatie met je zakenpartners te zoeken, voordat je deals gaat sluiten. Dit kan bijvoorbeeld door uit eten te gaan, wat een westerling geld- of tijdverspilling kan vinden. Let er dan wel op dat jij betaalt als jij de uitnodigende partij bent: in China is het niet normaal om de kosten dan te delen. 

Dit zijn slechts een aantal zaken waar je rekening mee moet houden als je zakendoet met China. Heb jij ooit zakengedaan met China en is je nog iets anders opgevallen wat hier niet staat? Laat het zeker weten!

Hiken op zijn Spaans?

Hiken op zijn Spaans?

Voor de taal die wij Spaans noemen, gebruiken de Spanjaarden zelf twee woorden: “español” (Spaans) of “castellano” (Castiliaans, uit Castilië). Waar geeft men in Spanje dan eigenlijk de voorkeur aan? Dat ligt zo simpel nog niet, maar hierover in een andere blog meer.

Beide termen worden door elkaar gebruikt, afhankelijk van de regio. Maar ze betekenen hetzelfde (in Andalusië zeggen ze vooral “español”, in Catalonië vrijwel nooit). Dat laatste geldt ook voor de Balearen, kan ik beamen. Onlangs was ik voor een hikevakantie op Mallorca, wat dan weer tot die regio behoort.

Ik had er helemaal zin in, vooral om weer in Spanje te zijn; de Spaanse sfeer te proeven, onder de Spaanse bevolking te zijn en de taal om mij heen te horen. Dat dit niet het officiële Spaans zou zijn, mocht de pret niet drukken, ik werd er blij van!

Spraakverwarring

“She speaks Spanish”, zegt onze Nederlandse reisleider op dag 1 enthousiast over mij tegen de lokale wandelgids die onze hikes zal gaan begeleiden. Dat heb ik haar namelijk net verteld. Wat ik vergeten ben te vermelden, is dat het Spaans dat ik beheers niet hetzelfde Spaans is als wat deze goede man waarschijnlijk spreekt. Op Mallorca wordt Catalaans gesproken (of meer specifiek Mallorquí), wat iets anders is dan Castiliaans. Maar professioneel als wandelgids Juan is, lacht hij vriendelijk en antwoordt in perfect Castiliaans dat we dan de komende dagen vast veel zullen praten met elkaar.

Toch komen dit soort verwarringen of goedbedoelde hulp waarschijnlijk wel vaker voor. Sowieso zorgen de verschillende talen die in Spanje worden gesproken regelmatig voor grote verwarring in het buitenland, waar men het vaak heeft over dialecten. Niets is minder waar. Spanje kent in totaal vijf officiële talen (Spaans, Catalaans, Baskisch, Galicisch en Aranees) en twee niet-officiële talen (Asturisch en Aragonees). Het Spaans is de enige officiële nationale taal van Spanje. De andere vier zijn officiële regionale talen, die in sommige gebieden ook de dominante taal zijn.

Of zoals het in Artikel III van de Spaanse Grondwet uit 1978 staat:

El castellano es la lengua española oficial del Estado. (…) Las demás lenguas españolas serán también oficiales en las respectivas Comunidades Autónomas…

Castiliaans is de officiële taal van de Spaanse Staat. (…) De andere Spaanse talen zijn ook officieel in de respectievelijke Autonome Gemeenschappen…

Variatie met een gemene deler

Hiken op zijn Spaans?

De vier officiële regionale talen van Spanje zijn dus:

  • Catalaans, dat wordt gesproken door iets meer dan 18% van de totale bevolking, oftewel 7,5 miljoen inwoners in Catalonië, de Balearen en de regio Valencia. Op de Balearen (Illes Balears) spreekt men op elk eiland een apart subdialect (op Formentera het Formenterenc, op Eivissa het Eivissenc, op Mallorca het Mallorquí en op Menorca het Menorquí), die allen behoren tot de oosterse dialecten van het Catalaans.
  • Galicisch, dat wordt gesproken door iets meer dan 2,5 miljoen mensen, 5,7% van de totale Spaanse bevolking in Galicië, en delen van León en Asturië. De taal lijkt meer op Portugees dan op Spaans.
  • Aranees, dat wordt gesproken door zo’n 4.000 mensen in de Vallei van Aran in Catalonië. Taalkundig gezien is Aranees een dialect van het Franse Occitaans.
  • Baskisch, dat wordt gesproken door iets meer dan 1 miljoen mensen in Baskenland en Navarra, 2,3% van de totale Spaanse bevolking. De Baskische taal is een geval apart en vertoont geen enkele overeenkomst met welke andere taal dan ook.

Dan zijn er ook nog de twee niet-officiële regionale talen. Asturisch wordt gesproken door ongeveer 100.000 mensen. Deze taal is in Asturië wettelijk beschermd. Het is zeker geen dialect van het Spaans, maar een aparte taal. Aragonees wordt gesproken door zo’n 10.000 mensen in de provincie Huesca in Aragón. Ongeveer 40.000 mensen kennen de taal of hebben het Aragonees geleerd, meestal in Zaragoza en Huesca.

Genoeg variatie dus met een gemene deler (op het Baskisch en Asturisch na). Het Spaans, Catalaans, Galicisch en Aranees zijn allemaal Romaanse talen en stammen af van het Latijn. Ook het Aragonees stamt af van het Latijn.

Wereldtaal

Hiken op zijn Spaans?

Ooit was het Latijn een wereldtaal. Net als het Spaans dat nu is. Het is de derde wereldtaal (na het Engels en Mandarijn). De Spaanse taal wordt gesproken in Spanje en bijna alle landen in Latijns-Amerika. Maar ook hier geldt: het Spaans in het ene land verschilt sterk van dat in andere landen, op het gebied van woordenschat, uitspraak en grammatica.

De vier officiële regionale talen van Spanje spelen een relatief belangrijke rol, zowel op regionaal als op nationaal niveau. Als we het even vergelijken met Nederland: in Spanje spreekt 24% van de bevolking een van de vier officiële regionale talen, dat komt neer op bijna 11 miljoen inwoners. In Nederland wordt de enige officiële regionale taal, het Fries, door 400.000 inwoners, oftewel slechts 2,4% van de bevolking gesproken.

Buiten de hierboven genoemde talen kent Spanje talloze dialecten en streektalen. Het beste voorbeeld daarvan is het Spaans dat wordt gesproken in Andalusië door ongeveer 7 miljoen mensen, met grote verschillen in vocabulaire en uitspraak. Het zogenaamde “Andaluz” (Andalusisch) is voor vele andere Spanjaarden moeilijk te verstaan. Laat staan voor buitenlanders die ‘een woordje Spaans spreken’ . Het dialect dat op de Canarische Eilanden wordt gesproken, lijkt ook heel sterk op het Andalusisch. Dit Andalusisch moet overigens niet verward worden met het Andalusisch-Arabisch, wat een uitgestorven Arabisch dialect is.

Naar welke Spaanse regio of eilandengroep je deze zomer ook op vakantie gaat, we hopen dat het je succes oplevert met het herkennen van de taalvarianten. Oftewel ¡Éxito!

Fijne vakantie!

Waar komt het woord Pasen vandaan?

Waar komt het woord Pasen vandaan?

Pasen is het feest van de opstanding van Christus. Althans, voor de christenen. Maar als je op zoek gaat naar de oorsprong van het Paasfeest zie je dat alles verbonden is en kom je terecht bij de mythologie, druïden, carnaval! Prachtig om te zien hoe eeuwenoude feesten en gebruiken aan en met elkaar verbonden worden.

Alles rond het Pasen in de Christelijke traditie, is verbonden met het feest van de opstanding van Christus. En ook toen er in ons kikkerland nog geen Christenen waren, werd het feest van de overgang naar het nieuwe gevierd, dat de lente daadwerkelijk zijn intrede had gedaan met groei en bloei.

Godin van de dageraad

Het Engelse woord voor Pasen is ‘Easter’ en in Duitsland wordt het ‘Ostern’ genoemd. Deze namen zijn afgeleid van de godin van de dageraad en de lente: Eostre. 

Volgens de legende was zij degene die de poort van het Walhalla opende om Balder de witte god te verwelkomen. Hij werd zo genoemd om zijn zuiverheid en droeg ook de naam ‘zonnegod’. Bij haar begint ook het verhaal van de paashaas. 

Eostre was te laat met het beginnen van de lente en daardoor was een vogeltje bijna door de kou bezweken. Het beestje kon niet meer vliegen en daarom veranderde Eostre of Ostara het diertje in een haas. En één dag in het jaar kon het haasje eieren leggen. De dag waarop Ostara werd vereerd. Wederom een opstanding van het goede, na harde koude wintermaanden.

Andere bronnen melden dat de naam gezien kan worden als een afgeleide van de naam van de Babylonische godin Isjtar, de gemalin van de zonnegod Baäl. En er zijn verbanden in gebruiken met de Romeinse en Griekse mythologie.

Een periode van vasten

Het Christelijke Paasfeest wordt voorafgegaan door een periode van vasten, die begint op Aswoensdag, de dag na carnaval. En deze veertig dagen vasten – die we vroeger écht ook aanhielden – werd overgenomen van de aanbidders van Babylonische goden. Bovendien bracht ook Jezus veertig dagen en veertig nachten al vastend door in de woestijn. En dat verwees dan weer naar de veertig jaar die de Israëlieten door de woestijn zwierven na de Exodus? In de Joodse traditie wordt een lam geofferd, gegeten met ongezuurde broden en ook dat zie je terug in het huidige Paasfeest.

De vastenperiodes kom je in allerlei godsdiensten tegen. Denk aan de Ramadan, de negende maand in de islamitische kalender, een periode van vasten, die verwijst naar openbaringen die de profeet ontving. Een periode van vasten, die uitkijkt naar een overgang, een openbaring en afgesloten met eten en feest? Ook hier zie je overeenkomsten.

De algemene Christelijke vastenperiode is als gebruik wat weggeëbd in onze dagelijkse cultuur. Maar zoals in vroeger tijden paasbroden werden geofferd bij de aanbieding van Isjtar, Eostre dus, zo vieren we nu het einde van de vastentijd met paasbroden, chocolade, lamsvlees, paaseieren, chocolade.

Het ei, symbool van opstanding en leven

Bij de oude Druïden werd het ei gezien als een heilig symbool. Eieren werden gebruikt bij riten van Egyptenaren en Grieken. De Romeinse godin Venus, die ook wel Istjar werd genoemd in Syrische cultuur, heet in het Grieks Aprhodite, de godin van de vruchtbaarheid. Eieren als symbool van het vruchtbare leven, handig overgenomen door de katholieke kerk en in verband gebracht als symbool van de opstanding van Christus.

Prachtig om alles met elkaar verweven te zien. En hierboven echt maar in een notendop. Laten we in tijden waarin we vaak kijken naar verschillen, juist een stilstaan bij wat ons verbindt. Denk eens na over een woord als ‘Pasen’ en ontdekt dat we allemaal met elkaar verbonden zijn.

Of je het viert met een ‘Semana Santa’, de zegen ‘Urbi et Orbi’, een paasvuur ontsteekt, eieren verstopt of juist eet, een glutenvrij paasbrood uit de oven haalt of de paashaas zijn werk laat doen, ik wens iedereen een vrolijk, prachtig Pasen met een mooi, krachtig jaar vol groei en bloei!

11 woorden die je zeker kent als je in Kaaiendonk carnaval viert!

Nog een paar dagen… en dan mag je weer los! Je kleurrijkste outfit uit de mottenbollen. De blaaskappellekes paraat, dansmariekes klaar, alle wagens voor de optocht een laatste likje verf: Carnaval in Kaaiendonk 2023 | We ‘ebbe ut wir te pakke! Met een nieuwe prins, een nieuwe nar, maar vol oude vertrouwde leut!

In de herhaling, want ook wij hebben ut gewoon wir te pakken: 11 woorden, die je zeker kent als je carnaval in Kaaiendonk viert. Natuurlijk zijn er nog veel en veel meer, maar deze zijn toch wel erg handig en belangrijk (en nee, ze staan zeker niet op volgorde van belangrijkheid). Welke woorden mis jij nog?

1. Kaaiendonk met al zijn Smulnarren en Smulnarinnekes, Snotnarren en Snotnarinnekes en ander goed volk…

Het mooie Oosterhout wordt met carnaval natuurlijk omgedoopt tot Kaaiendonk! Wist jij dat ‘kaai’ niet alleen ‘kei’ maar ook wel ‘zot’ of ‘nar’ betekent? En ‘donk’ is een ‘hoge droge plek in het moeras’… onze nar zal toch niet droog staan met carnaval?

De benaming Smulnarren en Smulnarinnekes slaat vanzelfsprekend op de oude Oosterhoutse uitdrukking: ‘Eerst eten!’, dus alle carnavallende Kaaiendonkers dragen met carnaval deze mooie naam.

En als je het goed doet, beginnen deze dagen officieel uiteraard met Carnavalsviering in de St. Jan! Dit jaar wordt daar ook de Grootste Kaai bekendgemaakt!

2. Ontzettende Hoogheid Prins Mienus van Kaaiendonk met heel zijn groot, klein en kindergevolg

Prins Mienus XV– een heel nieuwe prins! – is de Grootvorst en het middelpunt van het carnavalsgebeuren in Kaaiendonk. Alle vertrouwen erin dat ook hij dagenlang bourgondisch feest viert, met een bulderende lach! Dat doet ie niet alleen maar met zijn Adjudant, Veldwachter en Nar! Ook een nieuwe! En met zijn groot gevolg…en kindergevolg en alle anderen die alles afweten van het ‘Protocolder’! Ze houden de gang er goed in en met veel plezier! Wil je meer weten? Kijk op www.smulnarren.nl.

3. Hatsjekidee

Dat is wat je natuurlijk roept als je iemand tegenkomt die ook carnaval in Kaaiendonk viert. Nee, geen “Alaaf”… dat zeggen we hier niet! Dat doen ze ergens anders …

4. Klapperen

Nog steeds ben ik zelf te laat met de kaartjes…. Een week voor carnaval is dit de Kaaiendonkse variant van het bekende ‘tonproaten’ of ‘sauwelen’ (zo heette het vroeger). Hier worden de laatste ontwikkelingen in Oosterhout kritisch en met een lach onder de loep genomen! In Café De Stapmolen!

5. Volledigen…

Van heel echte senioren tot piepjonge koters… en er zijn er best veel, mensen die de insignes van Kaaiendonk sparen. De allereerste is uit 1956 met een prachtige nar. Wil je ze allemaal eens bekijken, dan kan dit op de website van de Volledigen www.volledigen.nl. Daar vind je ze allemaal bij elkaar (ook leuk als je niet-volledig bent!).

6. De Kiekerekie

Dit is vast de gezelligste krant van het jaar, de enige echt Kaaiendonkse carnavalskrant. Hij valt ongeveer anderhalve week voor carnaval in je brievenbus (meestal dan, soms gaat het mis). Je kunt erin terugvinden wat er tijdens carnaval in het mooie Kaaiendonk allemaal te beleven is. Maar neem zeker ook een kijkje op de site van de Smulnarren, daar zie je de Kaailender waar je zelf ook nog activiteiten voor kunt aandragen!

Nero, onze Manager Document Shredding, heeft meer interesse in snoepjes boven zijn hoofd dan in Kaaiendonk!

7. Bombast en de Bast

De Bombast, dat is een hele mooie! Deze oernar ligt al jaren te slapen onder de Oosterhoutse markt en als iedereen chagrijnig wordt, dan komt hij naar boven om plezier en leven in de brouwerij te brengen. Met een heuse Bastenavond op vrijdag de 17e februari! Met je ‘Bast’ op je carnavalspak laat je zien dat ook jij houdt van plezier en niet van zuurpruimerij! Mooi in het groen en in het rood, met een belletje, schouder aan schouder een feestje vieren. Natuurlijk doet Bombast heel goed met de tijd mee en heeft zijn eigen site: www.bombastherrijst.nl.

8. Dweilen

Nee, dat is niet wat je moeder of vader doet wanneer je weer eens met vuile schoenen binnenkomt, maar heerlijk van cafeetje naar cafeetje gaan en overal wat lekkers drinken, bijkletsen met mensen die je veel te lang niet hebt gezien (of juist wel) en een feestje vieren… dat begint altijd al vroeg, zelfs al ruim voordat de eigenlijke carnavalsdagen van start gaan. De Kaaise Dweildag is zo’n 3 weken voor carnaval, met blaaskapellen van overal vandaan!

9. De Grote Optocht, de Ronde van het Rutselbos én de Kinderkopkesoptocht!

De Grote Optocht is op carnavalszondag, wij hopen altijd op zonnig weer, want dan is het extra leuk om naar al die prachtige wagens, bouwwerken, danspassen en praal te kijken.

Op carnavalsdinsdag is het altijd heel druk, want dan is er eerst altijd de succesvolle, niet te overtreffen, spectaculaire Ronde van het Rutselbos. Met hometrainers, skelters, scootmobielen en andere gekke fietsen doet iedereen zijn best om te winnen in de race. En daarna moet je heel snel door om te gaan kijken naar de Kinderkopkesoptocht, waar alle Snotnarren en Snotnarinnekes laten zien hoe goed zij hebben opgelet bij de Grote Optocht en hun eigen knutselwerk showen.

10. De Boerenbruiloft!

De Boerenbruiloft is op maandag! In de middag stappen Jaonus en Hendrien, of Jaonus en Hendrik of Joana en Hendrien – mij om het even, als je maar van elkaar houdt – samen in het huwelijksbootje… met een feestje erna en wat moet je eten op deze dag…. natuurlijk: Stamp met worst!

11. Schrobbelèr, een pilske en een waterzak

Schrobbelèr is een gewaardeerde sfeerverhoger en met carnaval vliegen de glaasjes Schrobbelèr om je oren, maar altijd met je vrienden. Een pilske deel je met al je vrienden en ook wel eens met onbekenden. Doe dat altijd wel slim, want dan duurt het feestje wat langer. En als het toch iets te snel voor je gaat, neem dan een lekkere cola of iets anders tussendoor. Wil je mee blijven doen, neem dan een waterzak… dat is bier met bruiswater en dat proef je na een tijdje echt niet meer. En je wordt er iets minder snel dronken van! 🙂

Hoe dan ook, voor iedereen: veel plezier, doe voorzichtig en maak er weer een mooi feestje van dit jaar… en geniet van carnaval in Kaaiendonk: “We hebbe ut wir te pakke!” ❤️💚